UGR
De UGR-waarde (Unified Glare Rating) is een waarde die de mate van onbehaaglijke verblinding aangeeft.
Hoe lager de waarde, hoe minder lichthinder gebruikers vermoedelijk zullen ervaren. Het toepassen van de juiste verlichting verdiend veel aandacht omdat dit van grote invloed is op de productiviteit en functioneren van de mens. Het licht moet helder genoeg zijn om werkzaamheden goed te kunnen uitvoeren, maar mag niet zorgen voor schittering of verblinding. Verblinding kan veroorzaakt worden op twee manieren; direct of indirect. Bij directe verblinding kunt u denken aan een lichtbron die in uw ogen of gelaat schijnt, terwijl bij indirecte verblinding sprake is van reflectie van de lichtbron op een reflecterend oppervlak.
NEN-EN 12464-1
De richtlijnen voor het visuele comfort van licht zijn vastgelegd in de norm NEN-EN 12464-1 en wordt richting gegeven met een UGR waarde (Unified Glare Rating). De UGR waarde is een model dan grenswaarden aangeeft voor onbehaaglijke verblinding. Hoe hoger de waarde, hoe hoger de kans op verblinding. De gemiddelde waarde ligt tussen de 15-30. Een lage waarde staat voor weinig verblinding; een waarde onder 15 geeft dan ook de minste verblinding.
In de NEN-EN 12464-1 zijn voor diverse soorten ruimtes vastgelegd wat de maximale UGR-waarde mag zijn. Voorbeelden van gemiddelde UGR-waarden volgens de NEN-EN 12464-1:
- Tekenkamers UGR <16
- Kantoren UGR <19
- Entree ruimten UGR <22
- Opslagruimten, archieven, trappen en liften <25
- Gangen en verkeersruimten UGR <28
De volgende factoren spelen een rol bij de bepaling van de UGR:
- Vorm en grootte van de ruimte;
- Oppervlaktehelderheid (luminantie) van de wanden, het plafond, de vloer en andere grote vlakken;
- Type armatuur en afscherming;
- Verdeling van de armaturen over de ruimte;
- Waarnemerpositie(s).
- UGR-waarde van losse led armaturen
UGR is eigenlijk bedoeld voor de verlichting in zijn geheel en niet per afzonderlijk armatuur. Toch bieden fabrikanten een UGR waarde per armatuur aan op basis van een referentie ruimte met een gemiddelde reflectiewaarde van het plafond (0,70), de wanden (0,50) en de vloer (0,20). Op deze wijze krijgt men snel een goed inzicht of bepaalde combinaties van armaturen de juiste waarden geven voor de te verlichten ruimte.[/vc_column_text][/vc_column][vc_column width=”1/6″][/vc_column][/vc_row]